Greenwashing of groenwassen is het zich groener of maatschappelijk verantwoordelijker voordoen dan een bedrijf of organisatie daadwerkelijk is. Tijdens onze zomerborrel heb ik het ‘de fraude van deze tijd genoemd’. Waarom dan toch ‘hoera greenwashing’? Daarvoor moeten we eerst terug naar mei 1879. Dan vlucht Lodewijk Pincoffs naar Brussel en vervolgens naar New York. Multimiljonair met maar $ 600 op zak…
Pincoffs en de externe boekencontroleur
De affaire van Pincoffs wordt gekoppeld aan de start van het accountantsberoep. Toen nog boekencontroleur genoemd. Eigenlijk waren er in de eeuw voor 1879 al lang plannen, maar de affaire rondom Lodewijk Pincoffs maakt dat de emmer overliep en dat er door commissarissen bij de Nieuwe Afrikaansche Handelsvereniging in de persoon van B.P. van IJsselstein een statutair boekencontroleur werd aangesteld.
Pincoffs en zijn zwager Henry Kerdijk deden goede zaken in de textielbranche. Pincoffs kreeg veel invloed in Rotterdam, zowel zakelijk als politiek. Hij zorgt mede voor uitbreiding van de spoorwegen, aanleg van de Nieuwe Waterweg en daarmee voor de ontwikkeling van de haven. Als de zaken vastlopen brengt hij ze weer in gang met zijn onconventionele ideeën. Een opbloeiende haven opent nieuwe zakelijke mogelijkheden. Daarvoor wordt in 1872 de NV Rotterdamsche Handelsvereeniging (RHV) opgericht, met vijftien miljoen gulden kapitaal. Het kapitaal wordt onder meer gebruikt voor de uitbouw van Feijenoord tot een centrum van haven- en handelsactiviteiten. Het is een gigantisch project. Ondertussen worden er ook goede zaken in Afrika gedaan en wordt de Afrikaansche Handelsvereeniging (AHV) opgericht.
De zaken gaan aanvankelijk goed, maar het tij keert en al gauw wordt geen winst meer gemaakt. De administratie is rampzalig. Er worden leningen afgesloten om eerdere lenigingen mee af te betalen. Het ene gat wordt met het andere gedicht. Ondanks de verliezen gaan Pincoffs en Kerdijk toch door met hun grootse plannen. Ze bieden veel dividend om het publiek te misleiden. Het bedrog en ‘het pad der vervalschingen’ is nu echt ingezet. Vanaf een bepaald moment begint ook de RHV aandelen te kopen van de AHV. Het geheel is in feite een Ponzi-fraude waarbij nieuw geld wordt gebruikt om eerdere geldschieters te betalen. Pincoffs probeert ook met speculatie snel geld te verdienen om de zaak op de rails te houden. De commissarissen denken dat het goed gaat, ze zijn te goeder trouw en de aandeelhouders zijn blij met hun hoge rendementen. Maar de zaak wordt onhoudbaar.
Op 1 april 1879 ontvangt Pincoffs een briefje van vriend, geldschieter en commissaris Marten Mees (makelaar en bankier in Rotterdam). Mees heeft ontdekt dat inmiddels kortlopende kredieten in Londen en Parijs worden opgenomen. Hij maakt zich ernstig zorgen over de financiële gezondheid van de AHV en de RHV, samen met enkele partners. Pincoffs bekent gedeeltelijk dat er problemen zijn, maar blijft de zaak bedriegen. Hij geeft de schulden nog steeds veel te laag weer. Er worden nieuwe geldschieters gezocht om de ernstigste nood te lenigen. Onderling wordt besloten dat het grote publiek niets over de pijnlijke kwestie mag weten omdat de noodfinanciering zal stuklopen. Alle pogingen ten spijt gaat de reddingsoperatie ter ziele.
Pincoffs vlucht in mei 1879 eerst met vrouw en kinderen naar Brussel en daarna naar New York. Met de Verenigde Staten bestaat namelijk geen uitwisselingsverdrag. Pincoffs bezit nog slechts zeshonderd dollar. Er wordt veel in het werk gesteld om hem te laten arresteren. Dat lukt niet. Bijna tien miljoen guldens zijn vervlogen (de waarde daarvan is nu 105 miljoen euro). De nationale en internationale gevolgen zijn enorm. Pincoffs begint in New York een sigarenwinkel. Het draait allemaal op niets uit. Voor hem en vele anderen eindigt het avontuur in een deceptie.
Toch hebben Pincoffs’ inspanningen ook veel goed gedaan, bijvoorbeeld voor de stad Rotterdam en voor het accountantsberoep. Zoals Bram Peper, oud-burgemeester van Rotterdam, stelt in de documentaire ‘De IJzeren Eeuw: Het Geheim van Rotterdam’: “Je hebt af en toe mislukkingen nodig om vooruit te komen.” Zo is er sinds 1992 een Pincoffs brug en zelfs een standbeeld voor zijn inspanningen voor Rotterdam. Het kan verkeren. De Pincoffs-affaire wordt vaak genoemd als dé gebeurtenis die heeft geleid tot het ontstaan van het beroep van externe accountant. Maar ook zonder de affaire was die controleur er ongetwijfeld gekomen.
Greenwashing
In Duitsland is recent (juni 2022) een fraudezaak als Pincoffs-affaire, maar dan met actuele ingrediënten, aan het licht gekomen. Het gaat nu niet om het voorstellen van betere financiële resultaten, om het rondpompen van geld en gaten dichten met nieuwe leningen, maar om het beter voorstellen van verduurzamingsresultaten.
Greenwashing of groenwassen is zoals gezegd het zich groener of maatschappelijk verantwoordelijker voordoen dan een bedrijf of organisatie daadwerkelijk is. Men doet alsof men weloverwogen met het milieu en/of andere maatschappelijke thema’s omgaat, maar dit blijkt vaak niet meer dan ‘een likje verf’ te zijn.
De term greenwashing wordt meestal gebruikt bij organisaties die iets goeds doen, maar in de kern van het bedrijf nog steeds veel verkeerd doen. Zo kan een bedrijf enerzijds Unicef steunen en anderzijds toch goederen produceren door middel van kinderarbeid. Of een bedrijf kan geld geven aan een milieuorganisatie terwijl de kernactiviteit erg vervuilend is. Het gaat er dus ook om dat de gehele ‘duurzaamheids Verlies & Winstrekening’ in kaart gebracht wordt. Niet alleen de positieve punten.
Overigens niet elke organisatie die aan greenwashing doet, doet dit bewust. In veel gevallen wil men iets maatschappelijks doen, maar ziet men niet in dat het kernproces van het bedrijf ook aangepast moet worden om daadwerkelijk maatschappelijk verantwoord bezig te zijn.
Er zijn ook bedrijven die greenwashing gebruiken om milieutechnisch of maatschappelijk verantwoord over te komen, terwijl ze weten dat ze het niet zijn. Dit zijn de ‘echte’ greenwashers. Het Duitse DWS ontkent dat het zich schuldig heeft gemaakt aan misleiding, maar paste vorig jaar wel zijn ESG-criteria aan, nadat er klachten waren had geuit. Als gevolg hiervan viel in 2021 nog maar 115 miljard euro aan beheerd vermogen onder de groene en eerlijke noemer, ten opzichte van 459 miljard een jaar eerder. Een afname van 75 procent!
ESG-beleggen is geen marketingtrucje: je kunt niet een zeehondje op de cover van een fonds zetten om beleggers aan te trekken en het daar bij laten’, zegt Joost Schmets van beleggersvereniging VEB. ‘Het happy hour voor de financiële sector is als het om greenwashing gaat wel voorbij.’ Tegelijkertijd is niet altijd eenduidig wanneer een investering telt als duurzaam. Er zijn Europese richtlijnen, maar die laten veel ruimte voor interpretatie, aldus Schmets.
Deze onduidelijkheid kwam ook naar voren in een recent onderzoek naar twaalf als duurzaam aangeprezen fondsen op de Nederlandse markt door de toezichthouder Autoriteit Financiële Markten (AFM). Duidelijke gevallen van greenwashing trof de financiële waakhond niet aan. Wel bleek het begrip duurzaamheid nogal uiteenlopend te worden opgevat.
Waarom hoera?
Greenwashing is een negatief fenomeen. Echter zoals naar aanleiding van Pincoffs fraude goede veranderingen werden doorgevoerd, hoop ik dat greenwashing in 2022 ook leidt tot goede veranderingen. We zien dat we qua ESG-regelgeving en toezicht nog maar aan het begin staan. Duurzaam is niet eenduidig gedefinieerd. Er zijn diverse richtlijnen om aan ESG-verslaggeving te doen en dan hebben we het helemaal nog niet gehad over de invulling van de controlerende rol van de accountant op dit vlak.
Greenwashing geeft aanleiding om aan al die zaken extra impulsen te geven. Zo worden de huidige en toekomstige accountantsverklaring rondom ESG-verslaggeving vrijwel altijd afgesloten met een oordeel met beperkte zekerheid. Dat is toch beduidend minder dan accountants afgeven bij de jaarrekeningcijfers. Immers dan spreken we van redelijke mate van zekerheid. Ook niet 100%, maar wel (vaak terecht) vertrouwenwekkend. Je zou kunnen zeggen dat fraudezaken ons als samenleving helpen om met gevoel van urgentie te werken aan eenduidigheid, in definities, in richtlijnen, in meetmethoden, in controlemethoden en in oordeelsvorming. Het geeft energie, budget en extra inzet om het probleem van greenwashing uit de wereld te helpen. Accountants kunnen daar zeker hun steentje aan bijdragen.
De verduurzaming – en zeker de verslaggeving daarover – zal met vallen en opstaan gebeuren, maar we zijn wel in beweging. De druk is enorm, vraag het maar eens aan Shell of de 29 andere bedrijven die Milieudefensie via de rechter tot minder CO2-uitstoot wil dwingen. Niet alleen grote (inter)nationale bedrijven moeten bewust aan de slag met hun verduurzaming, ook lokaal zullen actiegroepen vervuilende bedrijven daartoe dwingen. Als je dan ‘gepakt’ wordt op greenwashing zou dat nog wel eens een enkele reis naar New York kunnen betekenen en dan moet u zich bedenken dat in de sigarenhandel anno 2022 geen droog brood meer te verdienen is…
Meer informatie?
Wilt u meer informatie over verslaggeving op het gebied van duurzaamheid en maatschappelijk verantwoord ondernemen? Neem dan contact op met Erik-Jan Kreuze via e.kreuze@afier.com of via 0592 – 530 953. We helpen u graag!
